In de bijstand, en dan
De inspectie heeft onderzoek gedaan in hoeverre de uitvoering van de WWB door de gemeenten leidt tot uitstroom van pas ingestroomde bijstandscliënten uit de uitkering en/of naar werk.
Onderzoeksdoel en vraagstelling
In dit onderzoek richt de inspectie zich op de activiteiten van gemeenten om uitkeringsgerech-tigden aan het werk te krijgen, vlak nadat ze de uitkering voor het eerst hebben gekregen. In die periode hebben de WWB`ers relatief veel kans om weer aan het werk te komen. IWI on-derzoekt op welke wijze de gemeenten de nieuwe uitkeringsgerechtigden begeleiden in het eerste jaar van de uitkering en wat de resultaten daarvan zijn. IWI maakt een vergelijking van de effectiviteit van diverse werkwijzen van gemeenten.
Samenvatting en conclusie
De inspectie heeft onderzoek gedaan in hoeverre de uitvoering van de WWB door de gemeenten leidt tot uitstroom van pas ingestroomde bijstandscliënten uit de uitkering en/of naar werk. IWI deed een representatief onderzoek naar dossiers in de periode van 1 januari 2005 tot 1 maart In het najaar van 2006 volgden nog interviews met case managers van sociale diensten. Uit het onderzoek blijkt dat er bij de uitvoering van de WWB nog geen sprake is van een "sluitende aanpak", waarbij iedere arbeidsplichtige cliënt binnen een jaar na instroom in de bijstand óf de bijstand heeft verlaten, óf een traject krijgt aangeboden. De helft van de mensen die in de bijstand komen, heeft na een jaar nog steeds een uitkering. Van hen heeft na het eerste jaar zestig procent nog geen re-integratieaanbod gekregen. De inspectie is van mening dat het eerste jaar juist benut moet worden om mensen te activeren. Vooral nu de controle bij een aanvraag voor bijstand strenger is en er naar verhouding meer mensen met lagere kansen zijn aangewezen op begeleiding naar werk door de gemeente. De Wet werk en bijstand (WWB) biedt gemeenten grote ruimte om een eigen beleid te ontwikkelen. Dit schept mogelijkheden voor maatgerichte activering naar werk. Een kenmerk van de populatie in de WWB is dat een groot aantal cliënten zeer ver van de arbeidsmarkt staat. De inspectie heeft bij een aantal gemeenten onderzocht op welke wijze zij beleid ten uitvoer brengen gericht op activering van cliënten. Geconcludeerd wordt dat de inzet van de gemeenten om bijstandsgerechtigden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt weer geschikt te krijgen goed is. De resultaten zijn echter beperkt. Het overgrote deel van deze groep bijstandsgerechtigden heeft na afloop van een traject voor sociale activering nog steeds een slechte kans om werk te vinden. Wel scoort ongeveer de Bron: Bibliotheek SZW