Perspectief op duurzame uitstroom uit de WWB

In het rapport ‘In de bijstand, en dan’ deed de inspectie verslag van een onderzoek naar de gemeentelijke re-integratie-inspanningen in het eerste jaar nadat aan mensen een WWB-uitkering is toegekend.

Onderzoeksdoel en vraagstelling

Wat gebeurt er met cliënten nadat ze zijn uitgestroomd naar werk en in hoeverre blijven deze cliënten uitkeringsonafhankelijk. Krijgen cliënten die in het eerste jaar in de WWB geen trajectaanbod hebben gekregen, in het tweede uitkeringsjaar alsnog een kans? Hebben de trajecten die in het eerste jaar in de WWB zijn ingezet de kans verhoogd op uitstroom naar werk?

Samenvatting en conclusie

In het rapport ‘In de bijstand, en dan’ deed de inspectie verslag van een onderzoek naar de gemeentelijke re-integratie-inspanningen in het eerste jaar nadat aan mensen een WWB-uitkering is toegekend. In het onderzoek is niet gekeken naar de resultaten van trajecten en naar de duurzaamheid van de uitstroom. In dit aanvullende onderzoek wordt verslag gedaan van deze thema’s. Daarnaast zijn enkele andere aspecten van de gemeentelijke uitvoering onderzocht, zoals de aandacht voor mensen met een grote achterstand tot de arbeidsmarkt en de belemmeringen die deze mensen ervaren bij re-integratie. Uit het onderzoek blijkt dat, van alle mensen die de WWB verlaten, 40 procent werk heeft gevonden. De inspectie vindt het, gezien de duurzaamheid van de uitstroom, gewenst om de uitstroom nog verder te verhogen. Om meer mensen uit de bijstand aan het werk te krijgen, kunnen gemeenten nauwkeuriger dan nu bepalen wie hulp nodig heeft bij het vinden van werk en wie niet. Bron: Bibliotheek SZW