Werkgelegenheidseffecten van de regeling kleine banen
Op 1 januari 2010 is de regeling kleine banen in werking getreden. Deze regeling houdt in dat banen van werknemers jonger dan 23 jaar met een loon dat niet meer bedraagt dan de vastgestelde leeftijdsafhankelijke loongrenzen (ongeveer 50% van het wettelijk minimum loon) worden vrijgesteld van premieheffing en van de bijdrage Zorgverzekeringswet.
Onderzoeksdoel en vraagstelling
Nagaan of de kleine banen regeling (vrijstelling van premiebetaling) ven belang is voor de bestrijding van de jeugdwerkloosheid.
Samenvatting en conclusie
Op 1 januari 2010 is de regeling kleine banen in werking getreden. Deze regeling houdt in dat banen van werknemers jonger dan 23 jaar met een loon dat niet meer bedraagt dan de vastgestelde leeftijdsafhankelijke loongrenzen (ongeveer 50% van het wettelijk minimum loon) worden vrijgesteld van premieheffing en van de bijdrage Zorgverzekeringswet. De regeling beoogt een bijdrage te leveren aan de bestrijding van de jeugdwerkloosheid. Het doel van dit onderzoek is enerzijds na te gaan of de regeling kleine banen zorgt voor een aantoonbare vermeerdering van de werkgelegenheid voor jongeren onder de 23 jaar en anderzijds te onderzoeken wat de effecten zijn van de regeling op respectievelijk de werkgelegenheid voor personen vanaf 23 jaar (verdringing) en het aantal voltijdbanen. Uit het onderzoek blijkt dat de regeling kleine banen breed wordt toegepast. Al 44% van de werkgevers in de sectoren met veel jongeren in kleine banen past de regeling ook bewust toe. Er zijn aanwijzingen dat de regeling een positief effect heeft op de werkgelegenheid in de sectoren waar veel jongeren werkzaam zijn in kleine banen. Het gaat dan vooral om de sectoren horeca, detailhandel en het grootwinkelbedrijf. Verder blijkt uit het onderzoek niet dat werkgevers voltijdbanen opknippen om van de regeling gebruik te kunnen maken. Het tijdelijke karakter van de regeling is voor een deel van de werkgevers een reden geweest om er niet op in te spelen.