De plicht verlicht? Een juridisch onderzoek naar de invloed van dienstverlening op de plichten van de burger in de sociale zekerheid
Is de plicht om de wet te kennen verlicht? De overheid spant zich in om de burger zo goed mogelijk te informeren over zijn rechten en plichten.
Onderzoeksdoel en vraagstelling
In het kader van de verbetering van de dienstverlening aan de burger wordt steeds vaker ambtshalve toegekend of worden aanvragen bevorderd. Maar wat is de positie van de burger als dit niet goed loopt? Had de burger alert moeten zijn en met het uitvoeringsorgaan contact moeten opnemen? Of mag de burger erop vertrouwen dat alles ‘vanzelf’ goed gaat? Krijgt hij de uitkering dan met een volledige terugwerkende kracht zodra de fout wordt geconstateerd? In dit onderzoek wordt eerst een inventarisatie gemaakt van de situaties waarin uitvoeringsorganen een dienst aan de burger garanderen zonder zijn tussenkomst (zoals ambtshalve toekennen en het bevorderen van aanvragen). Daarna wordt de rechtsbescherming van de burger in deze situaties geanalyseerd.
Samenvatting en vraagstelling
Is de plicht om de wet te kennen verlicht? De overheid spant zich in om de burger zo goed mogelijk te informeren over zijn rechten en plichten. Maar als het erop aankomt, wijst de overheid vaak op de eigen verantwoordelijkheid van de burger: De overheid is zelden verplicht om de burger te wijzen op een mogelijk recht op uitkering. Daarnaast oordeelt de rechter vaak dat de overheid niet verplicht is om de burger te informeren over een mogelijk recht op uitkering. De burger kan niet blind vertrouwen op de tekst van brochures en websites. Deze informatie is te algemeen om rechten aan te kunnen ontlenen. Is de plicht om een uitkering aan te vragen verlicht? De overheid is de burger van dienst door uitkeringen automatisch toe te kennen of vooringevulde aanvraagformulieren te gebruiken. Maar deze dienstverlening ontslaat de burger niet van zijn verantwoordelijkheden: Als de burger zijn uitkering niet automatisch ontvangt, zal hij alsnog een aanvraag moeten indienen. De burger moet de vooringevulde gegevens goed controleren. Is de inlichtingenplicht verlicht? De burger hoeft steeds minder gegevens op verzoek van de overheid aan te leveren. Dit leidt tot een verlichting van de inlichtingenplicht. Hier staat tegenover dat: Het verbod om gegevens aan de burger te vragen op dit moment slechts geldt voor een beperkte set gegevens. In de toekomst zal het verbod voor steeds meer gegevens gelden. In uitzonderingsgevallen kan de overheid alsnog gegevens bij de burger opvragen. De burger blijft voorlopig verplicht om uit eigen beweging alle relevante feiten en omstandigheden te melden.