Evaluatie Wet investeren in jongeren
Op 1 oktober 2009 is de Wet Investeren in Jongeren (WIJ) in werking getreden. Uitgangspunt van de WIJ is dat jongeren idealiter werken of leren en dat goed geschoolde en/of gekwalificeerde jongeren makkelijker aan het werk komen en in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien.
Onderzoeksdoel en vraagstelling
Op welke wijze wordt vorm gegeven aan de uitvoeringspraktijk van de WIJ en in hoeverre draagt dit bij aan het investeren in de duurzame arbeidsparticipatie van jongeren?
Samenvatting en conclusie
Op 1 oktober 2009 is de Wet Investeren in Jongeren (WIJ) in werking getreden. Uitgangspunt van de WIJ is dat jongeren idealiter werken of leren en dat goed geschoolde en/of gekwalificeerde jongeren makkelijker aan het werk komen en in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien. Met deze wet wordt gestreefd naar een omslag in het denken: niet een uitkering maar juist meedoen biedt perspectief op een baan, op arbeidsparticipatie en dus op een betere toekomst. De belangrijkste uitkomst uit de evaluatie van de WIJ is dat de helft van de gemeenten aangeeft sterker aan te sturen op arbeidsparticipatie, het investeren in jongeren en eigen verantwoordelijkheid van de jongeren. Daarnaast komt uit de evaluatie naar voren, dat gemeenten met het oog op het investeren in jongeren, in sterkere mate de samenwerking hebben gezocht met onderwijsinstellingen en zorgverlenende instanties. Verder blijkt uit de evaluatie dat het merendeel van de gemeenten samenwerkt met werkgevers, hetzij rechtstreeks hetzij via het regionale werkgeversservicepunt op de Werkpleinen.