Experimenteel onderzoek intensieve dienstverlening versus basisdienstverlening bij UWV
In dit rapport zijn de resultaten gepresenteerd van een experiment waarmee is onderzocht of individuele face-to-face gesprekken en e-dienstverlening door UWV ("intensieve dienstverlening") effectiever zijn dan groepsgesprekken en e-dienstverlening ("basisdienstverlening"). Effectiviteit wordt...
Samenvatting en conclusie
In dit rapport zijn de resultaten gepresenteerd van een experiment waarmee is onderzocht of individuele face-to-face gesprekken en e-dienstverlening door UWV ("intensieve dienstverlening") effectiever zijn dan groepsgesprekken en e-dienstverlening ("basisdienstverlening"). Effectiviteit wordt afgemeten aan een aantal indicatoren: kans op uitstroom uit de uitkering, kans op uitstroom naar een baan, het percentage van de tijd in de waarnemingsperiode dat men in een uitkering zit, het percentage van de tijd in de waarnemingsperiode dat men een baan heeft en enkele baankenmerken (hoogte uurloon, deeltijdfactor en type contract). Op grond van de beschrijvende analyse, waarbij de indicatoren die betrekking hebben op de deelnemersgroep zijn vergeleken met die van de controlegroep, kunnen op basis van dit experiment de volgende conclusies worden getrokken. (a) Tussen de groep met label "Intensieve dienstverlening" en de groep met label "Basisdienstverlening" bestaat een klein, maar significant verschil wat betreft uitstroom uit de uitkering (een kleine drie procentpunten) en uitstroom naar werk (ruim twee procentpunten). (b) Deze netto-effecten manifesteren zich bij meting na twaalf en vijftien maanden vanaf instroom werkloosheid; bij meting na zes en negen maanden is het netto-effect nog niet significant. (c) Er is geen significant verschil tussen de groepen wat betreft de kwaliteit van de banen.