De verscheidenheid van vermogens van huishoudens
Dit onderzoek brengt de verscheidenheid van (netto) vermogens in beeld voor Nederlandse huishoudens tussen 2001 en 2016.
Dit rapport betreft de eerste publicatie uit het meerjarig onderzoeksprogramma naar vermogen en schulden van huishoudens dat in opdracht van de ministeries van SZW, EZK en Financiƫn wordt uitgevoerd door het CPB.
De verschillen tussen huishoudens zijn groot als het gaat om vermogens en schulden.
Op hogere leeftijden hebben huishoudens gemiddeld meer vermogen. Opvallend is dat het financieel en huizenvermogen na pensionering maar weinig daalt. Huishoudens met een eigen woning hebben hogere netto vermogens dan huurders, zelfs bij vergelijkbare inkomens en leeftijden.
Zelfstandigen hebben geen verplichte pensioenopbouw, desondanks blijken zelfstandigen meer vermogen op te bouwen dan werknemers. Een grote groep huishoudens heeft weinig liquide buffers. Bijna de helft van de huishoudens heeft minder dan 10 duizend euro financieel vermogen. Voor de vermogensopbouw van Nederlandse huishoudens is het beleid erg bepalend.