Werktijdverkorting 2017
Een onderzoek naar het beroep door ondernemingen in 2017 op art. 8 van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945.
Werktijdverkorting is een instrument om bedrijven die door bijzondere omstandigheden buiten het eigen ondernemingsrisico tijdelijk in problemen zijn gekomen, ondersteuning te bieden. Met een vergunning tot werktijdverkorting kunnen ondernemers een tijdelijke werkloosheidsuitkering voor hun werknemers aanvragen. Deze werknemers blijven dan wel tijdens de periode van de werktijdverkorting in dienst van de onderneming.
In 2017 hebben 71 ondernemingen in totaal 100 aanvragen om ontheffing van het verbod op werktijdverkorting ingediend. Het aantal aanvragen in 2017 is ten opzichte van 2016 met 56% gedaald. Het verschil met 2016 wordt veroorzaakt door het uitblijven in 2017 van grootschalige calamiteiten waarvoor werktijdverkorting zou kunnen worden verkregen. Wel was er sprake van enige nasleep van de calamiteit uit juni 2016, het noodweer dat voor veel hagel/waterschade zorgde.
Van het totale aantal in 2017 ingediende aanvragen om ontheffing is 62% toegewezen, een daling ten opzichte van 2016 met 7%-punten. Het aantal afgewezen aanvragen bedraagt 29%, een stijging met 2%-punten. De overige 9% betreft ingetrokken of nog niet afgehandelde aanvragen.
51% van ondernemingen met een verzoek om werktijdverkorting heeft minder dan 5 werknemers in dienst. Het merendeel van de verzoeken om ontheffing is afkomstig van ondernemingen uit de sectoren ‘handel en horeca’ (45%) en ‘landbouw’ (24%).
Door 33% van de ondernemingen met een toegewezen aanvraag wordt brand als reden genoemd voor het verzoek om werktijdverkorting. 27% van de ondernemingen met een toegewezen aanvraag noemen vogelgriep als reden voor het verzoek.
De ondernemingen met een afgewezen aanvraag noemen als reden voor de aanvraag van werktijdverkorting economische omstandigheden (31%), de fipronil affaire in de pluimveesector (24%) en diverse omstandigheden (24%), zoals tijdelijk slechte bereikbaarheid of ziekte van een cruciaal personeelslid.
Het onderzoek is uitgevoerd door de directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.