Eindevaluatie Programma Handhaving en gedragsbeïnvloeding
Doel van de evaluatie is om na te gaan wat er binnen het Programma Handhaving en gedragsbeïnvloeding tot stand is gekomen, welke inzichten het heeft opgeleverd en hoe de aandacht voor gedragsmechanismen ook na afsluiting van het programma kan worden geborgd.
In de afgelopen vier jaar zijn twintig onderzoeksprojecten geïnitieerd. Dertien daarvan zijn inmiddels afgerond. De projecten zijn ingediend vanuit zeven directies, de Nederlandse Arbeidsinspectie, SVB en het UWV. Met de onderzoeksprojecten is menselijk gedrag in uiteenlopende contexten en vanuit verschillende perspectieven onderzocht. Uit de evaluatie komen met name drie factoren naar voren die bepalend zijn voor de effectiviteit van gedragsinterventies.
In de eerste plaats is dat de intentie om het gewenste gedrag over te nemen (of het draagvlak voor het gewenste gedrag). In de tweede plaats is dat de mogelijkheid van mensen om opvolging aan de interventie te geven. Die mogelijkheden worden zowel bepaald door zaken die in de persoon zelf besloten liggen, zoals vaardigheden, zelfreflectie, en de perceptie van het eigen kunnen als door omstandigheden, zoals bijvoorbeeld beschikbaarheid van financiële middelen en tijd. Een derde centrale factor die regelmatig terugkomt in de studies is gewoontegedrag. Het betreffen gedragingen die verankerd zijn en onderdeel zijn van een patroon en niet zijn gebaseerd op een bewuste afweging. Gewoontegedrag staat doorgaans een duurzame gedragsverandering op de lange termijn in de weg.